80 jaar na WOII. Interview met een oud-leerling.

BlogGeen categorieNewsNieuwsReacties uitgeschakeld voor 80 jaar na WOII. Interview met een oud-leerling.

8 mei 1945, capitulatie van nazi-Duitsland en het einde van WOII. Om dit te herdenken, halen we een interview uit 2012 boven, waarbij mevr. Van Schoor sprak met de bompa van mevr. Van Houten: oud-leerling August Verrydt. Hoe was het om de oorlog mee te maken als tiener in het KADeurne?

We staan vandaag stil bij de meer dan 50 miljoen doden die gevallen zijn tijdens WOII en bij alle slachtoffers van conflicten, oorlogen en genocides.


1941-1947: August Verrydt
leerling KaDeurne tijdens W.O. II

Bronnen fotomateriaal in de video 1

A. Verrydt, oud-leerling Kadeurne

Juli 1941. Ik had zonet mijn lagere studies beëindigd en zoals het de gewoonte was in die tijd waren wij verplicht vooraf een toelatingsexamen af te leggen. Ik herinner me nog dat de op te lossen vraagstukken me zeer moeilijk leken en de zinsontledingen waren ook niet gemakkelijk. In ieder geval mocht ik naar de 6de Latijnse (vroeger heette het eerste jaar ‘het zesde’ en telde men zo af).

De koude

Over het eerste jaar valt niet veel te zeggen, behalve dat de winter 1941-1942 zeer koud was. Het was oorlog en er was steeds een tekort aan kolen. Soms mochten we onze jas aanhouden of moesten we wegens de koude terug naar huis keren.

De bommen en de kelder

In april 1943 werden we er met geweld aan herinnerd dat het oorlog was. Wij waren er aan gewend geraakt dat er praktisch dagelijks geallieerde vliegtuigen overtrokken om hun lading bommen af te werpen in Duitsland. 

Die namiddag in april hoorden wij het zware gedreun van naderende bommen- werpers. De sirenes hadden niet geloeid, toen we plots in de verte de doffe slagen hoorden van ontploffende bommen. Toen pas ging het alarm en begon ook de alarmbel in de gangen te rinkelen. In looppas moesten wij de klaslokalen verlaten en ons naar de kelder begeven. De bommen waren bestemd voor de ERLA in Mortsel, waar wisselstukken voor vliegtuigen gemaakt werden. De ERLA werd slechts gedeeltelijk beschadigd, maar de gemeente Mortsel werd zwaar getroffen: ongeveer 900 doden en vermisten en een enorme materiële schade. Ook Agfa-Gevaert liep zware schade op. 

Vanaf dan af ging het alarm telkens bij het naderen van vliegtuigen en moesten we steeds de kelder in. Zo’n alarm kon soms na een kwartier of een half uur voorbij zijn, maar het kon ook veel langer duren. 

Stel u eens voor dat alle leerkrachten en leerlingen in een beperkte ruimte en in het duister samengepakt zijn. Er heerste een oorverdovend lawaai, een wild door elkaar lopen, maar ook de spanning voor het dreigend gevaar. In dit klimaat begon ons derde jaar: 1943-1944.

Het normaal lesgeven wordt steeds moeilijker

Wij voelden dat de landing niet lang meer kon uitblijven. De luchtaanvallen werden intensiever. Steeds langer vertoefden we in de kelder, zodat het normaal lesgeven steeds moeilijker werd. 

In die tijd hadden wij nog drie examens per schooljaar. Dit schooljaar echter ging het laatste examen niet door. De examens moesten te dikwijls onderbroken worden en wij zouden in de kelder de gelegenheid gehad hebben om de gestelde vragen onder elkaar te bespreken. De einduitslag werd gebaseerd op het gemiddelde van de twee vorige examens.

Voorliefde voor talen

dhr. Robberechts, leraar Latijn en Grieks, 1946

Ik had gekozen voor de Grieks-Latijnse afdeling, enerzijds omdat wiskunde, fysica en chemie me minder goed lagen en anderzijds omdat ik een grote belangstelling koesterde voor de klassieke talen. Wat mij betreft was het een zeer boeiend leerjaar. In de Nederlandse les lazen wij “De familie Stastok” van Hildebrand, in de Franse les “Lettres de mon moulin” van Daudet en in de Latijnse les begonnen we met Caesar “De bello gallico” en met Ovidius’ “Daedalus en Icarus” en “Philemon en Baucis” uit de Metamorphosen.  

Tijdens de oorlog werd Duits de derde taal. Moeilijkheden heeft die taal niet veroorzaakt. Wij waren immers gewoon aan verbuigingen, vervoegingen en zinsontledingen in het Latijn en het Grieks. Wij moesten immers vertalingen maken van het Nederlands in het Latijn en het Grieks, zonder woordenboek. Niet zo eenvoudig.

Na de oorlog werd Duits facultatief, maar ik ben de lessen verder blijven volgen.

Leraren verdwijnen

Op 6 juni 1944 had de landing in Normandië plaats. Het was door de bezetter ten strengste verboden om naar de fel gestoorde uitzendingen van de BBC te luisteren, maar iedereen in de klas wist wat er gaande was.

Wat ook nog gebeurde tijdens dit oorlogsjaar is het oppakken door de bezetter van enkele van mijn leraren. Het gaat om de heren Peeters, Mortelmans en Schepmans. Gelukkig zijn ze na de oorlog teruggekeerd, wat niet het geval was voor mijnheer Adriaensen, die Latijn en Grieks gaf in de hogere klassen. Aldus eindigde mijn vierde Grieks-Latijnse.

Merksem, Deurne, Borgerhout, Antwerpen:
zwaar aangepakt.

In september 1944 bereikten de geallieerde legers Antwerpen. Maar daarmee was Antwerpen nog niet bevrijd, want ze bleven steken aan het Albertkanaal. De geallieerden hadden niet genoeg slagkracht meer om het over te steken. De Duitsers vuurden vanuit Merksem en vanuit Schoten op Antwerpen en Deurne. Van een heropening van de scholen was dus nog geen sprake. 

Toen de Duitsers eindelijk terugtrokken, konden de lessen nog niet hervat worden, want in oktober begon de beschieting van Antwerpen met de V1 en V2. 

Aangezien het te gevaarlijk was om al de leerlingen in de school onder te brengen, werd besloten om de lessen nog niet te hervatten, maar wel moesten wij per klas naar school komen om huiswerk te ontvangen en onmiddellijk daarna moesten wij de school verlaten. Ook hieraan kwam een einde nadat een V2 ingeslagen was op cinema REX en honderden doden had gemaakt. Ook twee leerlingen van KaDeurne kwamen daarbij om. 

Troepen in onze school

Op 8 mei 1945 kwam een einde aan de oorlog, maar toch konden de lessen nog niet gegeven worden in het gebouw van het KaDeurne. Geallieerde troepen hadden er hun intrek genomen.

Lessen volgen tijdens de grote vakantie 

Vanaf juli 1944 tot mei 1945 hadden wij geen les meer gekregen, maar nu zou daar verandering in komen. De lessen zouden gegeven worden in het kasteel van het Boekenbergpark.  Tijdens de maanden mei, juni, juli en augustus moesten wij nu de leerstof van het verloren schooljaar inhalen.  

Het is nu 62 jaar geleden dat die lessen in het Boekenbergpark plaatsvonden, maar als ik daar op terugblik is dat een schooljaar geweest waarin ik mij tevreden en ontspannen heb gevoeld: geen afweergeschut meer, geen bombardementen, geen vlucht meer naar de kelder, geen vliegende bommen en opnieuw meer en betere voeding.

Leerkrachten augustus 194

Smeds – onbekend – De Roover – Gijbels – De Bra – Taels – Leliard – Elaut – Jonckheere – Geerts – Van Dooninck – Van Passen

In het midden staat de nieuwe studieprefect (= directeur) Camerlinck.

Eerste vrouwelijke leerkrachten

Het is ook de periode dat leraren terugkeerden. Enkele leraars kwamen in de school met de eis dat de enkele leraars (tijdelijk) zouden verwijderd worden uit de school, wat ook gebeurde. Hierdoor en ook doordat enkele jongere leraren opgeroepen waren om hun militaire dienstplicht te vervullen, was er plots een tekort aan leraren.

Het was toen voor het eerst dat wij jonge vrouwelijke leerkrachten kregen. Men mag niet uit het oog verliezen dat het atheneum uitsluitend een jongensschool was met mannelijke lesgevers. 

Les in de kleedkamers van de turnzalen

Bij het begin van het schooljaar 1945-1946 was het gebouw van het KAdeurne nog niet volledig beschikbaar om les te geven. Waar de lagere klassen les kregen, herinner ik me niet meer. Wat ik wel weet, is dat de 2de en 1ste Latijnse ondergebracht waren in de kleedkamers bij de turnzaal. Beide ‘klassen’ waren van elkaar gescheiden door een beschot, maar het geluid van de ene klas drong gemakkelijk door in de andere. Lang heeft die toestand niet meer geduurd, zodat we in de loop van het eerste kwartaal opnieuw les konden krijgen in een normaal klaslokaal.

Modern voor zijn tijd:

het KaDeurne werd een gemengde school!

Tijdens dit eerste kwartaal vond er ook nog een merkwaardige gebeurtenis plaats in het KaDeurne:  vanaf dan werd het een gemengde school. De eerste meisjes kwamen geleidelijk aan. In de 2de Grieks-Latijnse waren dat Louisa Gillis en Maria Schoysman.  

Toen in de grote hal het monument voor de oorlogsslachtoffers werd ingehuldigd, zong Maria het bekende Largo van Händel als soliste. Wij zongen in koor het Partizanenlied en het Vaderlandslied. Jammer genoeg is Maria veel te vroeg overleden.

De meisjes zaten op de eerste bank en de speelplaats was door een witte lijn in twee verdeeld opdat er geen contact tussen de jongens en de meisjes zou ontstaan.

Dit heeft niet kunnen beletten dat twee jongens uit mijn schooltijd later gehuwd zijn met een meisje uit een andere klas.

De eerste uitstappen

Het zal misschien opvallen dat er tot nog toe geen gewag werd gemaakt van een schoolreis. De uitleg is eenvoudig: tijdens de oorlog was het te gevaarlijk en vlak na de oorlog was de maatschappij nog te zeer ontwricht om al reizen te organiseren. 

Stilaan begonnen we al wel korte verplaatsingen te maken. Enkele voorbeelden: een bezoek aan een margarinefabriek, een bezoek aan het Brouwershuis, een uitstap naar Lier met een wandeling langs het Begijnhof en langs de woning van de onlangs overleden Felix Timmermans. We bezochten ook een Van Gogh tentoonstelling in het Paleis voor Schone Kunsten in Brussel en de Sterrenwacht in Ukkel.

–  Dhr. Gerard, aardr., 1946

Later stond ook nog een bezoek aan het Parlement op het programma. Wij zijn ook nog enkele toneelvoorstellingen gaan bekijken: de Driekongingenavond van Shakespeare, de barbier van Sevilla, de Aulularia – in het Frans – van Plautus. Voor een periode die zo kort volgde op de oorlog is dat toch indrukwekkend.

Het laatste jaar

De laatste 3 jaren hadden een speciale naam: de grammatica, de poësis en de retorica.
dhr. Verheyen, wiskunde

Wat me uit de retorica is bijgebleven, zijn de pijnlijke uren die ik beleefd heb tijdens de turnles: de handstand of over een hooggeplaatste bok springen, was voor mij een gruwel. Ook de lessen van wiskunde, fysica en chemie begonnen zwaar door te wegen, maar daar tegenover stond dat de andere vakken, vooral de talen,  me dan weer beter lagen. 

De eindexamens op 2 dagen

De zomer van 1947 was een van de warmste die ik heb meegemaakt. Wij hadden veertien dagen blokvakantie gekregen, maar om te studeren was het echt vreselijk. En toen begonnen de examens: alles werd afgelegd in twee dagen!

Er was een plechtigheid in de feestzaal, wij kregen enkele boeken en ons diploma en konden ons voorbereiden op onze verdere toekomst.

Voor mij betekende dat niet het einde van mijn contact met het Kadeurne. Tussen 1967 en 1973 is mijn dochter er leerling geweest en tussen 1994 en 2000 volgde mijn kleindochter er de lessen om er te blijven hangen als leerkracht.

August Verrydt stierf in 2014 en kwam tot dan nog steeds naar de opendeurdagen van de school.

  1. Bronnen fotomateriaal in de video

    Wikipedia, zoeklicht WOII
    https://sosantwerpen.be/opmerkelijk/het-bombardement-van-mortsel
    https://pieterserrien.be/boeken/elke-dag-angst/overzicht-v-inslagen-op-belgie/
    https://historiek.net/waarom-herdenken-we-de-bloedigste-aanslag-uit-onze-geschiedenis-niet/66048/
    Privéfoto’s August verrydt ↩︎

Comments are closed.